De deels autobiografische hoofdpersoon is dokter Maarten met ongeneeslijke prostaatkanker. Hij overleeft door zelf behandelingen te ontwikkelen. De elite kan deze behandelingen niet toestaan. Een politieke intrige ontvouwt zich als deze elite zijn dystopische deals met de megacorporaties moet gaan beschermen. Hun ‘kaartenhuis’ kan niet overleven als Maarten blijft leven.